woensdag 8 oktober 2014
Trouw
Ik zie hem lopen. Hij ziet mij. Ik struin door het weiland. Hij loopt met zijn zwarte labrador over het pad langs de jachthaven en loopt dan verder langs het Apeldoorns kanaal naar de IJssel. Hij heeft geen haast, ik evenmin. Hij blijft staan. De hond komt op me af, hij vraagt als eerste mijn aandacht. Hé doggy, zeg ik. Ik haal hem aan. Hij springt tegen me op. Ik houd m'n camera opzij. Hij blijkt een zij en is twaalf jaar oud. Ze had een broer maar die is in Amerika overleden. Zijn baas en zijn vrouw gingen scheiden. Vandaar. Zij kan trouwens niet praten alleen maar kwispelen, springen, likken; blaffen doet ze nauwelijks. Hij, de overste, voert het woord. Zijn verhaal begint met zijn buurvrouw én kinderen die een konijn hebben gehad maar dat na een paar weken al dood was. Deze buurvrouw kan niet met haar opschieten. Met haar dus, zijn twaalfjarige hond.
Hij was in opleiding toen het gebeurde. Na een ongeval belandt hij ruim dertig jaar geleden in het ziekenhuis en is hij een tijdje niet van deze wereld. Als hij ontwaakt uit zijn coma is hij niet meer de oude. Na verloop van tijd verlaat zijn vrouw hem en zorgt zij niet goed voor de tweelinghond, hij sterft in een ver vreemd land, in Amerika dus. Zijn vrouw heeft hem verlaten, zijn moeder is overleden en zijn zuster heeft hem onder curatele laten stellen.
Er zit een steekje los aan deze officier in ruste - hij noemt zichzelf overste - maar hij heeft het wel door, al doet hij er wat ironisch over: alsof het over een ander gaat; wel én niet over zichzelf. Zo maakt hij zich beminnelijk. Ik ben een malloot, zegt hij. Hij kijkt me recht in de ogen. Een echte malloot! En laat dan zijn brede glimlach zien. Te breed.
Zijn hele leven vertelt hij me, in een notendop. Maar de naam van zijn hond, zijn liefste maatje, heb ik hem niet horen noemen.
zaterdag 4 oktober 2014
Drie bruggen ver
Fotograferen en varen in een kayak is geen geweldige
combinatie, daar ben ik inmiddels wel achter. Het gestroomlijnde schelpje van
polyester is altijd in beweging, echt scherpstellen is nagenoeg onmogelijk
omdat het kijkertje van de geleende camera erg klein is en je moet oppassen dat
de camera niet nat wordt. Dus schiet ik maar
op goed geluk.
Wat vooral indruk maakt is de weidsheid van de IJssel, ik heb de drie
bruggen bij Zwolle net achter me gelaten en peddel richting Zalk. Daar ga ik
niet naar toe want als ik terug ga heb ik wind en stroming tegen. Dat is me nu te veel.
SAME zie je overal. Ook hier. Dit is de rode Hanzebrug: van het verschoten rood zie je spiegelingen in het water.
Zelfs hier zie je spiegelingen in het water. Nu van de IJsselbrug. Verderop ligt de brug van de A28.
Abonneren op:
Posts (Atom)